Berlijn en Potsdam (Duitsland)

Wandelaars in het park aan de Orangerie van Slot Sanssouci in Potsdam

Berlijn en Potsdam (17 tot 24-05-2009)

1. Persoonlijke gegevens

- Reisverslag van Hilde en Piet Duyck-Deruyck
Burg. Decoenestraat 10
8520 Kuurne
056 72 53 71
pietduyck@pandora.be

- Aangezien Piet huisman is mag men op elk moment van de dag proberen contact op te nemen om meer te vernemen over deze reis en reisbestemming.

- Daar Piet rolstoelgebruiker is gaat in ons reisverslag speciale aandacht naar rolstoeltoegankelijkheid.  

- Als we spreken van cat. 1, 2, 3 of 4 dan verwijzen we naar het Britse logo-systeem betreffende rolstoeltoegankelijkheid:

Cat. 1. Toegankelijk voor individuele rolstoelgebruiker.
Cat. 2. Toegankelijk voor rolstoelgebruiker met begeleider.
Cat. 3. Toegankelijk voor rolstoelgebruiker die enkele stappen
kan zetten en maximaal drie treden kan nemen.
Cat. 4. Niet toegankelijk voor rolstoelgebruikers.

- Wat ons het best past en ons dus interesseert is dus de categorie 2. Piet gebruikte op die reis een gewone rolstoel van 64 cm breed en een zithoogte van 50 cm.

2. Voorbereiding + Reisinfo

 - Reeds in januari boekten we bij Brussels Airlines de vlucht h/t Brussel (Zaventem)-Berlijn (Tegel) voor ons beiden: kostprijs, alles inbegrepen, ook annuleringsverzekering: € 278,63.

- Onze eerste voorbereiding was dus het lezen van de 2 ITR-reisverslagen, van Elke en Mark, over Berlijn. Beide dateren van 2005. Ze maakten ons duidelijk dat Berlijn een must is en dat men in Berlijn aandacht heeft voor rolstoeltoegankelijkheid en we merkten terplaatse dat die rolstoeltoegankelijkheid er sinds 2005 nog op vooruit was gegaan. Voor cat. 2 zijn er in 2009 praktisch geen problemen en voor cat. 1 kan er al eens een obstakel zijn maar zullen de mensen wel bereid zijn om te helpen.
Mark en zijn vrienden logeerden in Sunflower Hostel wat ons ertoe aanspoorde om contact op te nemen met deze hostel en dat hebben we ons niet beklaagd: zie 3.

- De tweede voorbereiding was het lezen van de Reiskrant van Oktober 2000 waarvan de hoofdbrok over Berlijn gaat en éénmaal terplaatse merkten we duidelijk dat de veranderingen van toen zich in de gunstige zin hebben verder gezet. Bezienswaardigheden blijven bezienswaardigheden en elke reisbestemming evolueert maar behoudt zijn ziel zodat reisdocumentatie aldus altijd interessant blijft.

- We stuurden hiervolgende mail naar gntobru@d-z-t.com :

“Geachte,
In de lente zijn wij (mijn echtgenote en ikzelf) van plan om Berlijn te bezoeken gedurende een week.
Ik zelf ben permanent rolstoelgebruiker die enkel nog met behulp een paar passen kan zetten.
Wat ons dus vooral aanbelangt is informatie en/of documentatie betreffende de rolstoeltoegankelijkheid van de logies (hotels, B&B's), van het openbaar vervoer en van de bezienswaardigheden in Berlijn.
In de hoop dat u ons hierbij kunt helpen, hartelijk dank bij voorbaat.
Vriendelijke groeten,
Hilde en Piet Duyck-Deruyck
B. Decoenestraat 10
8520 Kuurne

Twee dagen later ontvingen we per post het volgende:
- Relax &Sleep   Hotel Guide 2008  (met rolstoelsymbool)
- City Guide  (met rolstoelsymbool)**
- Gids;  Vakantiebestemming;  Reiseland Brandenburg: www.vakantie-in-brandenburg.nl
- Potsdam Card en Potsdam Stadtplan & Information
- Museen und Schlosser (met rolstoelsymbool) www.visitBerlin.de**
- Berlin Events
- Twee losse bladeren (3 blz): Lijst (in het Duits) van hotels in Berlijn met telkens aanduiding bij elk hotel: aantal rolstoeltoegankelijke kamers met eventueel wat uitleg over bed, wc, bad&douche,
- Twee losse bladeren met nog wat informatie voor mensen met een handicap.

** Hilde was, in Berlijn, in de wolken met die 2 gidsen. Beiden heeft ze dagelijks constant gebruikt en geraadpleegd omwille van de goede informatie: adres, telefoonnummer, website, openingsdagen en –uren, hoe te bereiken met openbaar vervoer en het gebruikte – of niet gebruikte –  rolstoelsymbool was echt betrouwbaar. Van de musea gaf City Guide enkel de top-tien maar in Museen und Schlösser geeft men dezelfde informatie over 53 Musea en paleizen

- We schaften ons het boek Capitool Compact (vertaald uit het Engels) aan en das voldoende voor een trip naar Berlijn.
Evenwel, als je er ter plaatse in leest dan krijg je nu en dan het onzalige gevoel dat wat je terplaatse aan het aanschouwen zijt niet klopt met wat de tekstschrijver aan het beschrijven is.
En dan vraag je je af of die auteur wel ooit in Berlijn was.
En vind je evenmin “ampelmann” (zie 5.(W)etenswaardigheden) in het uitgebreid alfabetisch register achteraan het boek, dan weet je het wel.
En we stuitten op meer Berlijnse merkwaardigheden die we niet vonden in dit boek bvb dat documentatiecentrum over de Berlijnse Muur in de Bernauerstrasse. Maar dit documentatiecentrum bezochten we wel dankzij de City Guide.
Nu ja, de “Fernsehturm” (beschreven op blz131) staat ook niet in het register, dacht ik, maar hij staat er wel in onder “Berliner Fernsehturm” maar op hun kaart staat evenwel “Fernsehturm”.
Verder lijkt er ook een fout te staan op het U-Bahn en S-Bahn-plan bij de lijnen S1 en S7 naar Wannsee en Postdam.
Op de hoofdkaart vindt je zelfs de fameuze Berliner Dom niet maar wel op de detailkaart. Als je vanaf de Reichstag-koepel met die hoofdkaart probeert bepaalde befaamde Berlijnse gebouwen  te herkennen dan is dat geen lachertje. Gelukkig haalde Hilde die Berliner Dom er zo uit.
Toen we Unter den Linden de Humboldt-Universteit voorbijwandelden las ik in ons reisboek dat dit de oudste universiteit van Berlijn was, gesticht in 1890 op initiatief van – wat dacht je – Wilhelm von Humboldt. Die Humboldt leefde van 1776 tot 1835 (zojuist opgezocht) en de universiteit die zijn naam draagt werd dus niet gesticht in 1890 maar in 1809. Zou dit foutje ditmaal aan de drukker hebben gelegen?
Ik stop met kankeren en we geven grif toe dat dit reisboek ons ook wat hielp om Berlijn en Co te ontdekken. Een pluspunt is dat het boek ook info geeft per deel of wijk van Berlijn.
Laat ons stellen dat we er dus niet onverdeeld gelukkig mee waren.
 

3. Logies en rolstoeltoegankelijkheid

- Mark vermeldde de website van hun hostel (www.sunflower-hostel.de) en zo konden we daarheen (hostel@sunflower-hostel.de) een mail sturen (in het Engels) en kregen we een positief antwoord. Ze hebben 2 rolstoeltoegankelijke kamers, beiden op het gelijkvloers: een kamer met 3 bedden waar wij hebben gelogeerd en ernaast de kamer waar Marc en zijn vrienden hebben gelogeerd.
We kregen die kamer voor de prijs van een 2-persoonskamer ttz € 22,50 pp en omdat we er een week (7 nachten) logeerden hoefden we maar 6 nachten te betalen. We betaalden dus in totaal € 22,50 x 2 x 6 = € 270 waarvan we – op hun vraag – € 45 op voorhand gestort hadden als waarborg.
Voor de lakens betaal je € 3 pp maar dat krijg je terug als je ze inlevert bij je vertrek.
Van 8h tot 12h is er ontbijt (“eat as much as you can” want er is koffie, thee, melk, cornflakes, brood, confituur, choco, kaas, vlees, yoghurt, enz.) voor de prijs van € 3 pp.
Onze hostel had meer weg van een studentikoze jeugdherberg – qua sfeer en inrichting – dan van een hotel maar we kunnen het iedereen aanraden die niet van luxe houdt. Het ligt in Oost-Berlijn, de kamer is basic in orde maar wat vergane glorie.  Ook te vermelden waard: ’s nachts hadden we geen last van straatlichtinval en nachtlawaai.
Onze hostelcollega’s zagen er duidelijk stukken jonger uit dan wij, we hadden geen piercings en dreadlocks, geen idee of mijn kletskop en baard een alternatief waren maar zowel het personeel (dat regelmatig veranderde) als de andere hostelgasten waren vriendelijk.
Voor ons was het dus een ideale plek.

- De rolstoeltoegankelijkheid in de hostel (permanent licht hellend vlak bij de ingang om één trede vlot te nemen en 2x iets dergelijks – ca 3 cm hoogte – naar de kamer toe) is behoorlijk ttz zonder problemen voor cat. 2 en waarschijnlijk ook voor cat. 1 want meestal zijn dat rolstoel-acrobaten. De rolstoeltoegankelijkheid is nog beter in de kamer. Alles plat en brede deuren (vermoedelijk 90 cm) maar de ingangdeur draait naar binnen naar de verkeerde kant toe maar dat bleek geen probleem.  

Kamer + badkamer vormen dus een rechthoek van meer dan 5m lang en ongeveer 4,5m breed.
De badkamer neemt één hoek van de kamer in en is er van afgescheiden door 2 muren en de deur ervan is ook 90 cm breed. De badkamer zelf is ongeveer 270 cm lang en 1,70 breed en bevat een wc van 51 cm hoog met rechts een vaste handgreep op de goeie hoogte (voor mij althans), zo ongeveer 75 cm. Voor de wc is er een onderrijdbare lavabo die stevig verankerd is zodat ik hem gebruikte als 2de handgreep wanneer ik me neervleide op de wc. Hoogte van de lavabo: 80 cm. Boven de lavabo bevinden zich 2 spiegels, de een boven de andere: één spiegel dus voor de rechtstaande begeleider en één voor de rolstoelgebruiker.
Aan de andere kant van de badkamer kan men een stortbad nemen. In de vloer zijn er geen niveauverschillen – ideaal dus – en er is een badzitje (h: 50 cm; oppervlakte: geen idee want ik ben vergeten het te meten maar ’t is vierkant en eerder een klein badzitje: 20 à 25 cm?) dat stevig verankerd is.
Er zijn geen handdoeken voorzien en er was ook geen glas. Als je je tanden wilt poetsen gebruik dan een middendoorgesneden plastieken water- of colaflesje als glas zodat je gemakkelijk je mond kan spoelen na het tandengepoets.
Wc-papier is wel voorzien.

De slaapkamer is in L-vorm (veroorzaakt door de plaats ingenomen door de badkamer) en 2 bedden staan in het korte streepje van de L maar de afstand tussen de 2 bedden is te smal voor een rolstoel dus slaapt de rolstoelgebruiker in het derde bed waar de circuleerruimte ruim is. Ofwel kan men de bedden herschikken.
Eén minpunt: de bedden hebben een hoogte van 40 cm en dat is eigenlijk te laag voor een rolstoelgebruiker.
De slaapkamer bevat 2 kasten van 2m hoog (breedte binnenin: 2 x 25 cm) die een plank bevatten om spullen op te leggen en onder de plank kunnen kleren opgehangen worden. Als je hangsloten mee hebt kan je die kasten sluiten. Wij hadden er geen bij en dat bleek ook geen probleem te zijn. Ik verneem nu van Hilde dat er de mogelijkheid is om hangsloten te huren in de hostel.
Er is een klein rond tafeltje (ongeveer 60 cm diameter met normale hoogte: 75 cm) en 3 plooistoelen.

- Op het gelijkvloers, niet ver van de bar, zijn er 4 wasmachines en eveneens internetverbinding. Beiden betalend.

4. Openbaar vervoer en rolstoeltoegankelijkheid

- We vlogen met Brussels Airlines van Zaventem naar Tegel h/t en in 2 x beide gevallen reed ik met mijn rolstoel tot aan het vliegtuig en omgekeerd maar werd ik vervoerd tot en vanaf mijn zitplaats in het vliegtuig met een smallere rolstoel.

- Eenmaal in Tegel namen we een taxi tot aan het Sunflower Hostel en dat kostte ons € 26,60. Niet niks en dat is ons niet meer overkomen want toen we na een week terugreden naar de vlieghaven kenden we al vlot het openbaar vervoer en eveneens dat er TXL-bussen vanaf verschillende plaatsen rijden naar de luchthaven.

- De dag dat we toekwamen, na ons te hebben geïnstalleerd in onze kamer in Sunflower Hostel, trokken we er op uit om het openbaar vervoer te verkennen. Een ticketje voor de metro kost
€ 1,30 als je niet verder moet dat 3 staties, anders is het € 2,10. Je kan ook een ticket kopen bvb voor 3 dagen en ook voor 7 dagen. Zo’n ticket voor 7 dagen kost € 32,30 pp en je mag ermee op alle openbaar vervoer: metro, tram, bus, TXL-bus èn de trein in en rond Berlijn ttz in de 3 zones**. Voor ons was het terstond duidelijk en tijdens ons verblijf in Berlijn werd het elke dag duidelijker dat we daarmee véél geld uitgespaard hebben. We schaften ons dat direct aan en dat kan in veel metro- en tram- of bus-stations aan een kaartautomaat. We betaalden met  bancontact. Waarschijnlijk ook dus met Visa-kaart of anders: zorg dus dat je baar geld (in Euro dus) bij je hebt. Je kan ook zulke kaarten ook voor enkel zone A of voor zone A en B. We hebben ons kaarten nooit moeten tonen.
De metro is dus de U-bahn. Er zijn dus verschillende U-bahnen en men duidt het eindstation aan.
De stadstrein is de S-bahn. De regionale treinen worden aangeduid met RE + een nummer
Bij de bussen worden de buslijnen met nummers aangeduid en de trams duiden de eindbestemming aan.
**Er zijn 3 zones: A: de stadskern; B: heel wat ruimer; bvb de luchthaven Tegel ligt ook nog in die zone; C: nog veel ruimer; bvb Potsdam  die vroeger een apart stadje en rivaal van Berlijn was, ligt ook nog in die zone.  

- Om de metro te bereiken zijn er dus ruime liften vanaf de straat en in- en uitrijden vanaf het perron in de metro en omgekeerd is dus probleemloos want er is geen niveauverschil. Voor bussen, trams en treinen kan het zijn dat er geen niveauverschil is of een niveauverschil van  maximum éen gewone trede. Voor cat. 2 is dat geen probleem en voor de einzelgänger zal dat waarschijnlijk ook geen probleem zijn, er zal altijd wel iemand bereid zijn te helpen.
Ere wie ere toekomt: als je van België komt dan besef je toch wel plots dat rolstoeltoegankelijk openbaar vervoer geen utopie is. In Berlijn leek het een evidentie.
Verder is er brailleschrift op de bedieningsknoppen en als de metro stopt of zal vertrekken hoort men een omroeper melden: “Deur gaat open” of ”Deur gaat toe”.
We merkten ook dat de metro niet enkel dient als vervoer van voetgangers (en rolstoelgebruikers) maar ook van fietsers die, te voet weliswaar, met hun fiets ook de metro op mogen. En zelfs op de trein: dat merkten we op tijdens onze trip naar Potsdam.
Kom je al eens met de metro in een station terecht waar geen liften** zijn of waar de lift niet werkt, kruip dan opnieuw in de metro en stap uit in een metrostation met lift en zo ontdek je misschien iets in Berlijn dat niet op het programma stond.  
** Dat kan je vermijden door In de City Guide op blz 10-11 te kijken. Daar heb je een kaart waarop elk station dat rolstoeltoegankelijk is aangeduid is met rolstoelsymbool.  
Berlijn is te groot om het enkel te voet te bezichtigen. De auto of taxi óf openbaar vervoer zijn dus aangewezen.

- Er zijn ook velotaxi’s in Berlijn maar da’s dan eerder om een toeristische rondrit te maken. Een of twee personen kunnen erin (het leek heel confortabel, zowel voor de bijzitters als voor de taxifietser) en de taxichauffeur fietst hen rond en geeft toeristische uitleg.

5. Bezienswaardigheden en rolstoeltoegankelijkheid

- Er valt heel veel te bezien en te bezichtigen en te bezoeken in Berlijn, ga er dus maar van uit dat er keuzes moeten gemaakt worden.
Het weze eveneens gezegd dat we weinig of geen noemenswaardige helling hebben gemerkt in Berlijn.

- Reichstag lijkt ons wel een must, zeker de koepel. Als je voor het gebouw staat is de toegankelijke ingang rechts. Voor ons was de ingang gratis en we vermoeden dat dit zo is voor iedereen. Er is een metaaldetector-checkpoint en er is een lift tot het plat dak waarop de koepel staat. Daar is er een tentoonstelling (met foto’s en uitleg** in het Duits en het Engels) over de geschiedenis van Reichstag. Er zijn dan hellende vlakken voor iedereen tot bovenin de koepel dus ook voor een rolstoelgebruiker. Doe het rustig aan en rust een paar maal. Het loont echt de moeite want van bovenuit heb je een prachtig zicht op Berlijn want de koepel is in glas ondersteund door een mooie metalen constructie, zeker het middengedeelte. Andere hellende vlakken (symmetrisch aan de opgaande) brengen je terug naar beneden.

** Praktisch overal in Berlijn is dit zo in die 2 talen.

- Vanaf de Reichstag-koepel moet je je eens draaien met je rug naar de vele bezienswaardigheden (Berliner Dom, Synagoge, Fernsehturm, enz.) en kijken naar het Oosten toe: dan zie je o.a. in de verte de Siegessäule (zegezuil). Later zijn we dan eens gaan wandelen (toegankelijk en vlak) door het bos van Tiergarten (evenwijdig met de weg die naar die zuil leidt) om het mooie, goudkleurige beeld op die zuil eens van dichtbij te bekijken. Men kan ook door de zuil naar het uitkijkplatform gaan om het beeld van heel dichtbij te aanschouwen maar hoeft het gezegd dat dit niet rolstoeltoegankelijk is.   

- De Fernsehturm is dus niet rolstoeltoegankelijk aangezien ze dit ons meldden in gebarentaal bij de ingang ervan. Er zijn 160 treden en we vermoeden dat er een niet-toegankelijke lift is.  

- DE MUUR is natuurlijk een hoofdstuk apart en het is niet echt opbeurend wat je allemaal te zien en te weten komt.
Je ziet enkel een replica van het fameuze wachthuisje Checkpoint Charlie en het Haus am Checkpoint Charlie (als museum) is niet rolstoeltoegankelijk. Daar in de buurt valt al wat info te lezen over de bouw van de muur, de vluchtpogingen en uiteindelijk de afbraak van de muur.
Als alternatief is er het documentatiecentrum in de Bernauerstrasse nr 111. We hebben het bezocht en het is volledig rolstoeltoegankelijk met aangepast toilet.  
Op slechts enkele plaatsen (bvb de East-side gallery: een 1,3 km lange muur beschilderd in 1990 door kunstenaars van over de hele wereld ; rond Checkpoint Charley bij de Friedrichstrasse ; in de Bernauerstrasse) kan je nog gedeelten muur zien, sommige beschilderd en/of met teksten, vele door graffiti bezoedeld.
Op de plaatsen in de Berlijnse straten waar de muur verdwenen is zie je regelmatig (maar je moet er wel attent voor zijn want ze komen niet blikvangerig over) in de straat of voetpad verwerkte stenen paneeltjes (bvb tussen de kasseien) met het opschrift “Berliner Mauer 1961 - 1989”. Je loopt je immers voortdurend af te vragen of je nu in Oost- of West-Berlijn bent.
Dat de DDR die muur plaatste in Berlijn om te verhinderen dat hun bewoners hun stad of land ontvluchtten, desnoods ook door hen te doden tijdens de ontsnappinspogingen, dan geeft het idee dat die D (in DDR) staat voor “Democratisch” toch een nog bijkomend wrang gevoel.

- Een bezoekje aan de Brandenburger Tor bij de Pariser Platz is een evidentie en zoek je een rolstoeltoegankelijk toilet, dan vind je er een op die Pariser Platz in “café” Starbuck (waar men dus oa Starbuck-koffie serveert) op het gelijkvloers, de andere wc’s zijn boven.  
Niet ver er vandaan is er het indrukwekkende “Denkmal für die ermordeten Juden Europas”. Van verre lijkt het het een kerkhof met betonnen blokken als graven en je kan er zo over kijken. Je kan er ook tussen wandelen (rolstoeltoegankelijk maar niet in alle gangen) en dan merk je ook dat er blokken tussen zitten  tot bijna 3 m hoog.

- In en rond de Potsdammerplatz stond er niks meer recht na de 2de wereldoorlog. Daar valt nu niks van te merken en het moderne Sonycenter loont architecturaal de moeite, eveneens het Australisch restaurant, vooral culinair (al kangoeroe geproefd?) dan, en dit restaurant heeft een rolstoeltoegankelijk toilet op het gelijkvloers. Het Kulturforum iets verderop kon ons architecturaal niet bekoren.

- Een wandeling Unter den Linden mag niet ontbreken. Vergeet niet de Neue Wache binnen te gaan waar je het beeld (een copie volgens ons reisboek) “Moeder met haar dode zoon” ziet van Käthe Kollwitz. Het Käthe Kollwitz museum blijkt niet rolstoeltoegankelijk te zijn. Vrienden hadden ons dat gemeld en Museen und Schloss is het daar roerend mee eens en aangezien we hen geloven hebben we dat museum dus niet bezocht.

- De synagoge heeft een prachtige koepel maar je mag als heiden (voor hen dan) niet in de synagoge. Uit de foto’s die we in de permanente tentoonstelling zagen van de synagoge bleek ze ook niet rolstoeltoegankelijk. De permanente tentoonstelling is wel rolstoeltoegankelijk en betalend. De lift is rolstoeltoegankelijk en het toilet is echt rolstoeltoegankelijk met alles erop en eraan. De tentoonstelling kon ons niet echt bekoren.
Hilde kon wel hogerop om de binnenkant van de koepel te zien maar het loont niet de moeite (ondanks het geld die ze ervoor betaalde) in vergelijking met de buitenkant.
De controle (oa met metaaldetectors en we moesten ons herstel-materiaal afgeven) aan de ingang was streng én vriendelijk waren ze eigenlijk ook niet. Eenmaal buiten zijn we nog eens naar de prachtige koepel gaan kijken en toen waren we weer verzoend met het leven.

- Niet zo ver van de synagoge heb je de Hackesche Höfe. De art-nouveau stijl van een paar gebouwen kan bekoren maar die 9 hoven zijn eerder hofjes die zich zelfs soms beperken tot een boompje of wat bloempotten en men eerder als binnenkoertjes mag beschouwen.

- De Berliner Dom hadden we al een paar keren bekeken en op ‘n avond wilden we er ook eens binnenin rondneuzen maar toen we er aankwamen was er juist een mis aan de gang. Noppes dus. Er zijn 7 + 12 treden maar iets verder af staat een rolstoeltoegankelijke ingang aangeduid en moet men zich daar melden.

- We bezochten ook het Pergamon-museum. Het klassieke deel (Griekenland en Rome) en de tijdelijke tentoonstelling lieten we links liggen en we bezochten de collectie van het Nabije Oosten en de Islamitische kunst en zagen heel wat prachtige dingen.

- De dag dat we naar Postdam gingen kwamen we in de metro op de Alexanderplatz (waar we elke dag voorbij moesten) een heer tegen die een gesprekje met ons begon. Toen ie hoorde van onze bestemming die dag raadde hij ons aan de trein te nemen en niet af te stappen bij het hoofdstation (hauptbahnhof) van Potsdam, ook niet bij het volgende (Charlottenhof) maar bij het Station Park Sanssouci want het Sans Souci Slot is dé bezienswaardigheid van Postdam en een ommetoer meer dan waard.  Die heer heeft ons begeleid tot het treinperron voor de S-bahn en de RE-bahn (te bereiken met een lift), vertelde ons tussendoor van de TXL-bussen om naar de luchthaven Tegel te gaan en nam maar afscheid van ons toen de trein, die ons naar Potsdam bracht, vertrok. Merkwaardige én vriendelijke behulpzaamheid!
RE1, de trein die ons dus naar Potsdam bracht, heeft een  aangepast toilet van ongeveer 1,70 m diep. Voor het toilet is er ongeveer 1,10 à 1,20 m plaats en de rolstoel kan naast het toilet en er zijn 2 handgrepen: een opklapbaar en een vast en er is een verticale handgreep bij de lavabo.

Trek maar een dagje uit om het Sans Souci-domein (gratis) te bezoeken en ook efkes Potsdam. In Sans Souci is veel toegankelijk maar niet alles – treden en trappen zijn er legio – maar het loont zeker de moeite.
Bij de ingang van het Sans Souci-Slot en -Domein kan je een kaart (met oa de aanduidingen van de aangepaste toiletten) van het domein bekomen. Je ziet er prachtige oude bomen, grasmaailand en bloeiende rododendrons, vijvers en vele mooie gebouwen die te bezoeken zijn mits betaling maar de buitenkant alleen al loont de moeite.
Zorg ook voor wat drank en eten want in Sans Souci vonden we er geen. De meeste attracties zijn dus te betalen indien men ze wil bezoeken.   

- Onze laatste dag  was aan Charlottenburg gewijd ttz we bezochten eerst het mooie park van de Schloss Charlottenburg. Maar als je het park in het Sans-Souci-domein in Potsdam al bezocht hebt dan is het wat minder mooi en ook heel wat kleiner. Het is dus misschien aangeraden eerst het park van Schloss Charlottenburg te bewonderen en later het Sans-Souci-park in Potsdam.
Daarna gewandeld in de wijk Charlottenburg met oa de fameuze winkelstraat Kurfürstendamm: geen spek voor onze bek.
Impressionant is de Kaiser-Wilhelm-Gedächtnis-kirche. Die kerk werd vernield tijdens de tweede wereldoorlog en de gehavende toren staat er nog als monument naast de nieuwe, moderne kerk.
Een tip: die 3 treden kan je vermijden als men hen vraagt om de deur te openen aan de andere kant

6.(W)etenswaardigheden

- Een sympathieke wetenswaardigheid van Berlijn, of liever Oost-Berlijn (en Oost-Duitsland), is  “ampelmann” of “ampelmännchen”. Hilde die in Berlijn was vóór de val van de muur (november ’89) herinnerde zich nog die wetenswaardigheid wat de sympathie van het ampelmännchen bewijst.
Kijk naar de groene en rode lichten voor de voetgangers. Als dit licht rood is zie je een rood mannetje die stilstaat; is het licht groen dan zie je een groen mannetje die wandelt. Niks merkwaardigs natuurlijk want dat zie je een beetje overal in de wereld maaaaaar dat zowel rode als groene mannetje heeft armen waardoor je duidelijker ziet of je moet stilstaan of oversteken én … hebben ze allebei een (rood of groen) hoedje op. Dit was zo in Oost- Berlijn en dat was ook zo in heel de DDR, Oost-Duitsland dus. Zie je dat ventje mét hoedje én armen dan wist je tot in 2005 dat je in ex-Oost-Berlijn bent maar sinds 2005 …… enzovoort …… Wil je er meer over weten (loont de moeite) of wil je die mannetjes eens zien: tik “ampelmännchen” in bij Wikipedia of Google en je krijgt ze te zien met de nodige uitleg erbij. Dat heb ik zonet dus ook gedaan, omwille van de uitleg. We reizen – ook – om te leren.
Verder is er www.ampelmann.de.

- / Dat symbooltje zou een bliksemschicht moeten voorstellen en als er een iets is waarvoor rolstoelgebruikers (die een rolstoel hebben met luchtbanden) moeten schrik hebben in Berlijn dan zijn het de glasscherven die je regelmatig aantreft op de voetpaden en Co. Sommige nachtbrakers  botvieren namelijk hun door ettelijke liters bier opgezweepte lusten door de lege bierflessen kapot te gooien op de stoepen. Eén voordeel: die scherven liggen meestal gegroepeerd op de plaats waar de fles(sen) het onderspit hebben gedolven zodat je de luchtbandenboosdoeners meestal vlug opmerkt. En we waren blij dat we materiaal en oa binnenbanden bij hadden en nog blijer dat we het maar één keer nodig hadden.

- Als je iemand aanspreekt in het Duits*** en hij doet wat schichtig dan is er veel kans dat hij een ex-DDR-er is van de oudere generatie.

*** Hier een gratuite taal-raadgeving voor het geval je je plan trekt in het Duits maar het toch niet echt beheerst zoals... . Begin tegen een Berlijner eerst te spreken in het Engels en schakel dan geleidelijk over op het Duits, hij zal je dan gezapig en traag in het Duits uitleggen wat je wil weten. Vraag je hem direct iets in het Duits dan wordt je overspoeld met een resem volzinnen die je een minderwaardigheidscomplex van jewelste bezorgt maar niet dat wat je wilde weten.       

- In Berlijn is het stukken goedkoper om te eten dan in België. Duitse braadworst kan je al eten voor € 1,25, een middagmaal kan al vanaf € 4,50; een licht Turks gerechtje kan je al eten vanaf € 1,50 en durum, döner en kebab eet je al vanaf € 2,50; enzovoort. Evengoed degusteer je Vietnamese vis- of groenteschotels, Australische kangoeroe-steack  of Spaanse tortilla de patatas of … of ….
Tijdens ons verblijf in Berlijn aten we één maal in een Duits restaurant en het was … lekker. Nu ja, het was de tijd van de asperges.
Als je in een Brugs restaurant wilt middagmalen om 14h01 dan ben je net te laat en heb je veel geld gespaard. In Berlijn kan je ontbijten tot 14h, zelfs tot 16h. De andere maaltijden bijna de ganse dag. En alles aan democratische prijzen.
Van maandag tot vrijdag kan je al middagmalen (ergens tussen 11h en 16h) vanaf € 4,50.
Een ruime spaghetti carbonara + slaatje: € 6,50
De laatste avond lieten we ons eens gaan in een chic Spaans restaurant (Andalucia op de Savignyplatz) in de omgeving van Kurfürstendamm en betaalden we, de Belgische normen in acht nemende, een schappelijke prijs.  

- Schrippen zijn broodjes die wij, Vlamingen, pistolets noemen.

- In de luchthavens screenen ze de valiezen. Er stak materiaal om aan de rolstoel te werken (sleutels, tang, enz.) in ons valies. Ons valies bleek dus opengemaakt te zijn want bij het afhalen merkten we een papier in ons valies (met een cijferslot) met de nodige uitleg waarom ze ons valies opengemaakt hadden. De inhoud bleek later intact ttz we hebben niet gemerkt dat er iets verdwenen was.

- Om af te sluiten nog een belangrijke niet-Berlijnse wetenswaardigheid: Als je met dat mini-rolstoeltje in het vliegtuig tot aan je plaats gebracht wordt, dan hoop je dat het handvat van de stoel naast de gang ook opklapbaar is. Het zou kunnen gebeuren dat het niet opklapbaar is maar meestal is het wel opklapbaar. Tijdens onze terugvlucht zei de stewardess dat het bewuste handvat niet opklapbaar was maar één van de 2 sympathieke kloeke beren die me begeleidden met dat rolstoeltje friemelde onder- en achteraan dat handvat en het handvat bleek toch opklapbaar. We hebben de handvaten dan eens grondig bestudeerd: is een handvat niet opklapklaar dan is het onwrikbaar verbonden met de hele stoelstruktuur; is het wel opklapbaar dan voelt de handgreep losser aan en is er een knop onder aan het handvat maar heel ver naar achter toe.  Friemel maar aan die knop tot je het handvat achterover kan klikken.

Hoe goed vond je dit reisverslag?: 
5
Gemiddeld: 5 (2 stemmen)